Waarom blijft deze surveillance nodig?
Ieder jaar is uniek!
Het gemeten aantal stuifmeelkorrels en schimmelsporen wordt voornamelijk beïnvloed door de weersomstandigheden: dit zowel bij het vormen van de bloeiwijzen (voor sommige winterbloeiende bomen al in de zomer) als bij het vrijzetten van het stuifmeel (regen doet het stuifmeel uit de lucht neerslaan). Bovendien bestaat er het fenomeen “fysiologische cyclus” bij de bomen. Hierbij wordt een jaar van sterke stuifmeelproductie (dikwijls ook een jaar met sterke vruchtproductie) meestal gevolgd door een of meerdere jaren van zwakke productie.
Bovendien is een sterk jaar voor een bepaalde boomsoort niet noodzakelijkerwijze een sterk jaar voor een andere boomsoort, zelfs al bloeien beide soorten in dezelfde periode van het jaar.
Ook voor de detectie van nieuwe allergenen, die bijvoorbeeld onder invloed van de klimaatverandering zouden opduiken, dient deze surveillance verder gezet te worden.